Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Toen antwoordde mij de HEERE, en zeide: Schrijf [6]het gezicht, en stel het duidelijk op tafelen, [7]opdat daarin leze die voorbijloopt. 6. Dat is, de profetie van den ondergang der Babyloniers, waarvan in de volgende verzen gesproken wordt. 7. Hebr. opdat hij lope die daarin leest; di, schrijf het met zo grote letters, dat hij die maar voorbijloopt, het kan lezen. Verg. Deut.27:8.